ICT — Biotechnology

Kennis van ICT, elektronica & techniek en biotechnologie zal noodzakelijk zijn voor de biomedische laboratoriumtechnoloog van de toekomst.

Er is een nood in het werkveld aan key-operatoren die de brug vormen tussen een medisch of farmaceutisch/biologisch laborant (MLT/FBT) en ICT’ers. In delen 1 en 3 gaat de student kennis maken met de belangrijke ICT begrippen/terminologie, Windows en netwerkbeheer. In het kader van automatisatie en data verwerking, komen tevens Excel, SQL en relationele databanken, alsook programmeren en de biomedische toepassingen binnen artificiële intelligentie aan bod.

DIY (Do-it-Yourself) bio toestellen zijn het ideale aanknooppunt voor het aanleren van technische vaardigheden. In deel 2 zal de student kennis maken met de nodige bouwstenen om zelf zijn/haar eigen DIY bio toestellen samen te stellen. Hierdoor zal men inzicht verkrijgen in de werking van de apparatuur die men dagelijks gebruikt.

Via deel 4 kan de student zijn/haar onderzoekscompetenties in biotechnologie verder ontwikkelen. Men zal er leren hoe ‘moleculair design’ in zijn werk gaat: hoe kan je door kopiëren, knippen en plakken met genen, plasmiden en genomen het gewenste resultaat bereiken?

Deel 1 ICT in the Lab 1
De student heeft kennis van en inzicht in:

1. ICT basics & terminologie
2. werken als power user met Windows
3. basis netwerkbeheer
4. computational thinking
5. beheer van data

Deel 2 Biotechnical skills
De student:

1. kan een probleem onderverdelen in mechanische deelproblemen
2. kan een bestaand apparaat onderverdelen in mechanische componenten, en deze rudimentair nabootsen met componenten
3. kan een DIY project opstellen, en deze op een open source manier ontwikkelen en naar buiten brengen
4. kan zijn eigen componenten en werkmiddelen ontwikkelen om in het werkveld problemen op te lossen op zelfstandige wijze
5. begrijpt de fablab methodologie en past deze toe in de projecten
6. kan mits begeleiding een verbetering toevoegen aan een bestaand apparaat, door middel van aangereikte technieken en methodologieën

Deel 3: Intro­duc­tie tot R
De student heeft kennis van en inzicht in:

1. gevorderde kennis ICT
2. netwerkbeheer voor gevorderden
3. data analytics – Data Science
4. programmeren met R
5. machine Learning - artificiële Intelligentie

Kan gevolgd worden 'na slagen voor ICT in the lab 1' of  indien 'ICT voorkennis' aanwezig is.

Deel 4: Mol­e­c­u­lar design and gene editing
De student:

1. kent de basisprincipes van de moleculaire biologie
2. kan primers en PCR reacties ontwerpen
3. kan, in silico, een plasmide ontwerpen
4. kan, in silico, een CRISPR genoommodificatie ontwerpen.
5. is op de hoogte van belangrijke evoluties in nieuwe biotechnologische technieken

Je zal een getuigschrift postgraduaat ontvangen na het behalen van de onderdelen (20 Studiepunten) als je in het bezit bent van een bachelor- of masterdiploma. In het andere geval krijg je een attest van deelname en slagen voor de verschillende onderdelen.

Deelnemers die vanuit het Postgraduaat ICT-Biotechnology voor dit onderdeel inschrijven en slagen(!), ontvangen een creditbewijs (voor 5 studiepunten). 
Je kan op deze manier gespreid over meerdere jaren voldoende creditbewijzen verzamelen om (alsnog) een PG getuigschrift te bekomen als je in bezit bent van een bachelor- of masterdiploma.

Dit postgraduaat bestaat uit 4 onderdelen (4 navormingen), waarvoor er apart kan ingeschreven worden om een attest van aanwezigheid (en/of slagen)  te behalen.